Lost & Found
Overal in de buurt hingen foto’s van de vermiste kat Chico. En als er ook maar iets vermist is, dan zoek ik. Ik zou ook zweren dat ik de vermiste Chico hier in de buurt laatst had gezien. Chico had waarschijnlijk even helemaal geen zin om naar huis te komen. Dat het best lekker kan zijn om een beetje gemist te worden, daar kan ik ook best inkomen. En als je dan weer thuiskomt, dan word je vast extra verwend. Eigenlijk helemaal niet zo’n gek idee, dat weglopen. In m’n pubertijd liep ik ook regelmatig weg van huis, alleen kreeg ik meestal vrij snel weer trek en zonder geld voor de snackbar was ik meestal al weer thuis voordat ik überhaupt gemist werd. Maar ik dwaal af.
Chico, de vermiste kater. Ik had de foto en daarbij dus ook de uiterlijke kenmerken van de kat in m’n geheugen geprent, ik zou dat beest wel even veilig thuisbrengen. Belde de baas van Chico dat ik de kat in de buurt gezien dacht te hebben en ik hoorde gewoon dat hij dolgelukkig werd van het idee dat de kat nog leefde. Ik beloofde goed op te blijven letten en de baas van Chico zou zelf ook extra goed gaan zoeken in mijn buurt.
En op het moment dat ik ‘s avonds even naar buiten liep om de vuilniszak in de container te gooien, zag ik de kat weer lopen. Het kostte me wat tijd maar uiteindelijk lukte het me het beest te lokken. Hij liet zich aaien en ik greep hem bij z’n nekvel en hield hem stevig tegen me aan. Het lukte me het beest mee naar binnen te nemen. Ik stopte hem in de slaapkamer, om ruzie met mijn eigen katten te vermijden hield ik ze maar even uit elkaar. Zo! Chico binnen, snel z’n baasje bellen. Chico’s baasje sprong een gat in de lucht van blijdschap en sprong vervolgens meteen op de fiets om hem op te komen halen. Oh mén ik werd helemaal gelukkig van het idee dat ik ervoor zou zorgen dat Chico en z’n baasje herenigd zouden worden.
Ik opende de slaapkamerdeur voor Chico z’n baasje en moest even op zoek naar het beest, dat zich waarschijnlijk even achter m’n bed had verstopt. Chico z’n baasje lag al op z’n knieën en maakte smakzoen geluidjes om z’n Chico te roepen. Het beest liet zich niet zien. Ik moest over het bed heen naar het hoekje achter de gordijnen en daar zat het arme beest. Het lukte me hem te pakken en in de armen van z’n baasje te duwen. Eind goed al goed. Chico z’n baasje bekeek de kat eens goed van dichtbij en zei “dit is Chico helemaal niet”!
Ehm? Niet?! Wat een gênante vertoning! Had ik me daar toch zomaar een kat van de straat geplukt, opgesloten in m’n slaapkamer en verwachtte ik ook nog een hereniging á la Spoorloos met deze man en deze kat? Met m’n staart tussen m’n benen nam ik de kat over van Chico’s baasje en liep achter hem aan naar buiten om de kat weer vrij te laten.
Het begint echt de spuigaten uit te lopen wat ik er allemaal voor over heb om een vent in m’n slaapkamer te krijgen!