De snurkende beer in mij
Nou weet ik natuurlijk best dat het Herfst is en dat de Winter officieel nog niet is begonnen, maar die vallende blaadjes en dat donker, dat vóelt voor mij al als Winter. En die wintermaanden die eraan zitten te komen, daar zie ik nogal tegenop.
Want als ik even terugkijk op de winters in mijn leven, dan waren dat niet mijn beste tijden. Maar het feit dat iets altijd zo was, wil natuurlijk niet zeggen dat het altijd zo hoeft te blijven. En ik besef heel goed dat ik de enige ben die daar iets aan kan veranderen; mooi bedacht natuurlijk maar hoe dóe je dat, een vastgeroest patroon in je leven veranderen. Nou kan ik natuurlijk zeggen dat ik die la met het label ‘Winter-donker-somber’ erop gewoon even op slot doe dit jaar en voor alle jaren die nog mogen komen. Maar als het zó makkelijk was had ik die sleutel natuurlijk vele winters geleden al omgedraaid.
Voorgaande winters schakelde ik standaard een versnelling terug; standje winterslaap. Dat beviel mij op zich prima, van alles even nét iets minder. Dat werkt voor mij gewoon altijd het beste, een paar maandjes cocoonen. Ik deed altijd dat wat moest, maar daarnaast koos ik ervoor zo min mogelijk te plannen en rol ik mezelf eens lekker op, als een beer in z’n holletje. En als de winter dan weer op zijn eind was deed ik mijn ogen weer eens voorzichtig open, rekte mij eens goed uit en schudde de dekens van mij af – klaar voor een nieuw voorjaar. Al ga ik er vanuit dat mijn vrienden inmiddels weten dat die winterslaap mijn survival modus is om de winter door te komen, vind ik het toch een nadeel dat ik mezelf elk voorjaar opnieuw moet introduceren bij ze.
Dus ik heb mezelf toch maar weer eens streng toegesproken, het moet maar eens klaar zijn met dat gesnurk, dit keer ga ik gewoon eens proberen die winterslaap over te slaan! Ook al doen de winters mijn sproeten verbleken; daarvoor zal ik eens wat vaker naar buiten gaan, het zonlicht opzoeken en als de zon niet schijnt ga ik gewoon even onder de zonnebank liggen. Ergens moet de energie vandaan komen en wat extra vitamine D kan nooit kwaad natuurlijk.
Ik ben eigenlijk wel heel benieuwd wat sterker is; die snurkende beer die ergens in mij huist wanneer Koning Winter zich aankondigt of de fladderende vlinder die erop uit wil om te genieten van de zonnestralen die wel schijnen.
Want weet je wat het is? Ook al zijn er momenten dat je het allemaal even niet ziet, raakt je blik soms vertroebelt door de vallende blaadjes en het donker dat steeds vroeger op je afkomt. Als het je lukt tussen de kaler wordende takken van de boom naar boven te kijken en je de straal zonlicht bij je binnen laat komen dan zie je dát, waar het om draait. Het kan nog zo donker zijn, er komt altijd wel wat zonlicht door. De kunst is om die straal licht te zien en ook echt bij je binnen te laten komen.